Fred Nijhuis

Your favorite Dutch wine writer

NCS werkt graag samen met:

ORMÆVINÆ

Nieuwe initiatieven van Ella Korop en Alexey Kondrashov in Rùfina

Het talent van succesvolle zakenmensen is doorgaans niet afhankelijk van één speciaal product of gebonden aan een specifieke plaats. Vaak weten ze zich in meerdere disciplines of locaties te onderscheiden, meestal in positief opzicht.

Alexey Kondrashov behoort (naar eigen zeggen en bescheiden als hij is) tot de top-consultants op het gebied van olie en gas en wie hem Googelt, ziet dat hij inderdaad een indrukwekkende CV en bewonderingswaardige reputatie heeft. Omdat hij meerdere interesses heeft en altijd op zoek is naar nieuwe uitdagingen, werd hij enkele jaren geleden door zijn vrouw Ella (met haar eigen carrière als ‘Banking relationship manager’ bij Citibank en nu de general director van ORMÆVINÆ) uitgedaagd om een wijndomein in Toscane te beginnen. Ze kochten een kleine wijngaard en legden  contacten met wijnboeren, aanstaande collega’s en verschillende adviseurs. Als regio kozen ze het fameuze Toscane en heel specifiek voor Rùfina, dat deel dat nog geen wereldwijd imago heeft als leverancier van exclusieve topwijnen.

Dat laatste is in principe vreemd, want al in 1716 werden de kwaliteiten van het gebied bevestigd in het decreet van Cosimo III dat de grenzen van het Chianti-district bepaalde. Om onduidelijke redenen staat Rùfina nog altijd in de schaduw van o.a. Chianti Classico, Bolgheri en Brunello di Montalcino en dat terwijl er enkele van de allerbeste Toscaanse wijnen worden gemaakt. De meeste druiven verdwijnen echter in relatief anonieme Chianti’s, ondanks (of dankzij) het feit dat de gemiddelde kwaliteit in de regio als hoog tot zeer hoog mag worden beschouwd. De regio lijdt onder een imagoprobleem, deels omdat de naam Chianti Rùfina eerder refereert aan matige wijnen in mandflessen dan aan topklasse Toscaanse wijnen. Al enige jaren wordt gediscussieerd over het nut en de noodzaak van de toevoeging Chianti, maar omdat er bij 2 Italianen meestal sprake is van (tenminste) 3 meningen, zal een definitieve beslissing nog wel even op zich laten wachten…

In de tussentijd richten Ella en Alexey zich vooral op hun eigen bedrijf, vanuit hun persoonlijke visie op de wijnwereld, deels gevoed door jarenlange ervaring als commercieel experts. Ze varen een eigen koers, hooguit luisterend naar de ideeën en voorkeuren van elkaar. Wel laten ze zich bijstaan door Valentino Ciarla, de gelouterde oenoloog die o.a. medeverantwoordelijk is voor de met 100 punten beoordeelde Brunello’s van Le Chiuse.

Op de eigen, kleine wijngaard staan maar 2 druivenrassen aangeplant: sangiovese en cabernet sauvignon. Cabernet is geen vreemde eend in de bijt in Rùfina, de druif komt er dankzij Vittorio degli Albizzi al sinds het midden van de 19e eeuw voor. Deze druiven inspireerden Kordashov om 3 wijnen te maken: een 100% sangiovese, een blend van 50% sangiovese met 50% cabernet (uniek in Toscane) en een 100% cabernet. Alle wijnen worden slechts in beperkte oplagen gemaakt, van de cabernet zelfs maar 1000 flessen per jaar.

Hoewel de wijngaard er al klaar voor was (het betreft bestaande wijngaard met 25 jaar oude planten), was hun kelder dat nog niet in 2017. Voor de eerste wijnen moest daarom gebruik worden gemaakt van de faciliteiten van een collega en dat leverde al meteen een interessante, gedwongen keuze op;  de cabernet en sangiovese voor de blend moesten door ruimtegebrek samen worden vergist. Het resultaat verraste een ieder in positief opzicht en is wellicht voor herhaling vatbaar; een onverwachte afwijking kan gemakkelijk een bewust kenmerk worden (it’s not a bug, it’s a feature!).

Wat Ella en Alexey in ieder geval (nog) niet gaan maken is een Chianti Rùfina. Kondrashov: “Aan deze wijnen valt te weinig te verdienen; de prijzen zijn veel te laag om een gezond rendement te realiseren, zeker gezien de zeer beperkte productie. “We hebben ook geen DOCG-status nodig, IGT is prima. Alleen als de nieuwe klasse Rùfina (wordt momenteel hard gewerkt door het Consorzio aan de erkenning van de ‘Cru di Vigna’) er ook daadwerkelijk komt en de prijzen zijn conform vergelijkbare wijnen zoals de Flaccianello en Tignanello (met een particuliere prijs van € 100,00+), dan overwegen we een Rùfina op de markt te brengen. Vooralsnog willen we vooral wijnen maken die we zelf lekker vind, DOP of niet. We zijn daardoor welswaar het enige lid van het Consorzio dat geen Rùfina maakt, maar dat is eerder bijzonder dan een probleem. We richten ons nu eerst op de huidige wijnen, ook omdat de nieuwe aanplant van een cru wijngaard en 800 planten trebbiano nog niet in productie zijn. Met die laatste weten we nog niet precies wat we ermee gaan doen. Valentino gebruikt de druif graag in blends, maar misschien maken we er wel een orange wine van met een knipoog naar Georgië.”

Naast wijnen van de eigen wijngaard, brengt ORMÆVINÆ ook een rosé op de markt, door Valentino gemaakt in de stijl die Ella zeer aanspreekt; die uit de Provence. Met enkele wijnboeren zijn contracten afgesloten voor deze rosé van sangiovese en gezegd mag worden dat de wijn inderdaad Toscaanse fraîcheur combineert met sappige kenmerken van een rosé uit het zuiden van Frankrijk.

Op het terras van het centrale plein in San Gimignano proefde ik de wijnen van ORMÆVINÆ luisterde ik met genoegen naar de verhalen van Alexey. Zijn beweegredenen zijn logisch en hij brengt ze met overtuiging, eigenlijk zoals het hoort. Maar ik heb lang geleden al geleerd dat de waarheid vooral áchter het etiket zit en als rechtgeaarde (en ietwat cynische) criticus hoorde ik alle commerciële argumenten dan ook met de nodige scepsis aan. Eerst maar eens proeven voor ik alles accepteer en onderschrijf.

GIOIÈLLÆ, 2018
Als eerste presenteerde Alexey de rosé uit 2018, een van de laatste 50 flessen die hij heeft achtergehouden om de ontwikkeling te volgen. De kleur, geur en smaak waren prima; krachtig, met een ietsje evolutie; frisse, levendige zuren van de sangiovese, sappig, nu prima op dronk, maar nog altijd met een zeker potentieel; opvallend vlezige en ook daardoor een fijne wijn voor de dis, duidelijk meer dan een enkelvoudige terrasslobber.

GIOIÈLLÆ, 2020
Ook deze verse versie van biologisch geteelde sangiovese en met 12,5% alcohol een wijn met zowel inhoud als een hoog doordrinkgehalte. Duidelijke Provence-kleur, loepzuiver, fris, fruitig en kruidiger dan de 2018, meer rode peper, zeer opwekkend en beslist gastronomisch verantwoord. Een aanrader, betaalbaar en door een stijgende productie (volgend jaar wellicht al 18.000 flessen), ook verkrijgbaar.

PRIMÆ 2017
3000 flessen,
Blend van 50% cabernet sauvignon en sangiovese (biologisch), uit één wijngaard, samen geplukt en vergist. Opgevoed in 3 typen eikenhouten vaten; grote foeders, tonneaux en barriques. Duidelijk cabernet in de neus, diep zwart fruit, rijpe zwarte bessen, blauwe bessen, tabak. Zeer rijp donker fruit, in de mond vooral cabernet met een twist van de sangiovese, stevig hout, maar uitgebalanceerd, veel sap en goede zuren (sangiovese). De cabernet begint, maar daarna komt de sangiovese op, neemt niet over maar voegt spanning en elegantie toe. Zeer geslaagd, maar in principe een eenmalige stijl, inmiddels worden cabernet en sangiovese separaat vergist.

PRIMÆ, 2018
Druivenrassen separaat vergist; cabernet in barriques, sangiovese in vaten van 10 hl. Per barrique besloten welke in welke wijn zou gaan; in de PRIMÆ of de ÆLLÆ, de 100% cabernet. Een deel rijpte 2 jaar in RVS, de rest in hout. De regen was een serieus probleem in 2018; de sangiovese zoog zich vol en schimmel lag op de loer. De rijping van de sangiovese was een probleem en veel producenten oogstten sangiovese met een potentieel van slechts 11 % alcohol. ORMÆVINÆ 50% van de eigen sangiovese (daarom geen 100% sangiovese in 2018), maar oogstte wel prachtig rijpe en gezonde cabernet; deze druif genoot van de regen en profiteerde van de ligging op de top van een heuvel waar het altijd wel waait en de druiven nooit lang nat blijven. De 2018 is een wijn die een duidelijker Rùfina karakter heeft, meer sangiovese met een iets strakkere tanninestructuur en fijne, frisse zuren, cabernet toont zich opvallend genoeg meer op achtergrond en geeft een lekkere eigenwijze toon aan de wijn met vooral donkerder fruit, wat drop en meer rijpe, brede tannine. Zeer fraaie wijn, nog erg jong, heeft beslist tijd nodig om zich verder te ontwikkelen.
Alcohol: 15,5%

ÆLLÆ, 2018
100% cabernet (15% alcohol); 1100 flessen en 100 magnums
In de neus duidelijk cabernet sauvignon met veel cassis en bosvruchten, heel rijp fruit, veel sap en smaak; het hout is versmolten, geeft wat tonen van tabak en dop; zoet, rijp, zwart fruit overheerst, mooi geconcentreerd maar met veel energie; fraaie lengte, aangename complexe wijn, geen blockbuster, finesse van Rùfina is goed merkbaar. 

En nu?
“In elk geval geldt dat elke volgende wijn (nóg) beter moet zijn….”; zo stelt Kondrashov. “Daarnaast willen we elk jaar wat anders toevoegen aan het verhaal van ORMÆVINÆ. Eerst lanceerden we de naam van het domein met de ‘Æ’ als symbool voor de levenspartners Alexey en Ella. We maakten vervolgens onze eerste wijn, de rosé GIOIÈLLÆ, onze eigen olijfolie en daarna de PRIMÆ. Van de oogst 2018 stammen de eerste flessen 100% cabernet, die we kortgeleden hebben gebotteld en waarvan we vandaag pas de naam ‘ÆLLÆ’ onthullen; je hebt dus een wereldprimeur! Volgende jaar komen we met een 100% Sangiovese uit 2019; in 2018 hebben we die niet kunnen maken. De komende tijd werken we ook aan aspecten als packaging en dergelijke; zo wil ik graag een mengkist met de drie rode wijnen op de markt brengen. Daarnaast zoeken we aandacht van de pers en willen we graag leveren aan het hogere segment restaurants en particuliere connaisseurs (of wijnclubs) die geïnteresseerd zijn in ‘premium wines’. In Italië hebben onze wijn hun weg al gevonden naar allerlei gerenommeerde restaurants en we zijn druk bezig met uitbreiding van onze verkoop naar andere landen.”

Nederlandse afnemers zijn van harte welkom…  

Voor meer informatie:  ORMÆVINÆ

Deel dit bericht:

Facebook
Twitter
LinkedIn
Spread the word